Politiek Vlaanderen heeft goede verbeelding als het om slogans gaat, maar heeft het ook de verbeeldingskracht als het om het hervormen gaat van het politieke toneel?
Stop het slechte politieke theater
Mensen vragen zich af of er zoveel parlementen moeten zijn om ons klein landje te besturen. In theorie zou België zeven parlementen en zeven regeringen moeten tellen: 3 gemeenschappen + 3 gewesten + 1 federale overheid = 7 parlementen en regeringen. Toch hebben we ‘maar’ zes parlementen en zes regeringen: het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering besturen zowel de Vlaamse Gemeenschap als het Vlaamse Gewest. Daarnaast heb je nog de provincieraden en gemeenteraden. En Vlaanderen voegt er nog een nieuw niet verkozen niveau aan toe, maar hierover heb ik reeds geschreven.
Als mensen op tv zien hoe weinig parlementsleden er aanwezig zijn in het parlement dan vragen ze zich terecht af waarvoor we zoveel geld geven aan parlementairen die ogenschijnlijk niks doen. Het parlement is wat ons een laatste indruk geeft dat we een democratie zijn, maar hebben we daarvoor 7 parlementen nodig?
De knoeierige beslissingen en de chaotische communicatie van de verschillende regeringen en politici doet mensen dromen van een autocratie, waar wel besluiten genomen worden. Hoe meer mensen er stemmen voor de extreme partijen hoe dichter we bij deze nachtmerrie komen. Daarom deze oproep aan de politiek. Doe iets aan de lege parlementen. Zorg er tenminste voor dat het parlement gevuld is als er bijeenkomsten zijn.
“Vlaamse separatistische gevoelens in tijden van politieke onstabiliteit zijn niet nieuw” zegt politicoloog Bart Maddens (KULeuven). “In oktober 1991 was er een enorme communautaire clash rond wapenleveringen van de Waalse FN-fabriek. Een bevraging van de KU Leuven toonde toen aan dat 33% van de Vlamingen voorstander was van een splitsing van België. Een paar weken later, toen de clash voorbij was, bleek dat nog amper 14%. Dat fenomeen hebben we sindsdien vaker gezien – in 2007 en 2010, bij de BHV-crisis, bijvoorbeeld – en het speelt ook nu weer op.”
20 procent van de Belgen is bereid om de democratie op te geven;
Parlement or no parlement, that’s the question
Wanneer we kiezen voor een reorganisatie van België en niet voor een onafhankelijk Vlaanderen, dan moeten we ons afvragen of we echt een Vlaams parlement nodig hebben. Alle Vlaamse partijen moeten zich nu hierover uitspreken. Wat we zelf deden in de voorbije jaren, was zelden beter dan het federale. Het enige positieve is een beter beheer van de budget, maar dit zou beter federaal gebeuren om alle gewesten onder controle te houden (budgetbevoegdheid federaal).
Hebben we echt zoveel niveaus nodig? In mijn tekst over het niveau boven de gemeente heb ik voorgesteld om het provinciaal niveau te vervangen door een entiteit die dichter bij de leefwereld van de burger staat; 13 Districten of stadsgewesten. Daardoor zijn er slechts 2 verkiezingen per 5 jaar: gemeente en district (stadsgewest). Het is beter dat deze verkiezingen niet samenvallen met de Federale en Europese verkiezingen.
Kandidaten mogen slechts op één niveau deelnemen aan de verkiezingen voor gemeente of stadsgewest. Kandidaten die verkozen zijn voor het stadsgewest kunnen uiteraard niet meer meedoen voor een zitje in het Federaal of Europees parlement. De kieskringen zijn uiteraard de gemeente en het stadsgewest.
Aangezien zo veel mogelijk beslissingen genomen zullen worden op stadsgewest-niveau, moet men zich afvragen wat het doel is het Vlaams Parlement. Het zou enkel nuttig kunnen zijn bij stadsgewest-overschrijdende aangelegenheden zoals een gezamenlijke aanpak van bv.onderwijs. Maar hebben we daarvoor ministeries en ministers nodig?
Een nieuwe aanpak
Door de keuze voor het samenvoegen van de functie van provincieraadslid en Vlaams parlementair, kan men zich de vraag stellen of er nog een aparte verkiezing nodig is van een extra niveau, het Vlaams Parlement.
Het Vlaams parlement wordt niet langer via een aparte verkiezing verkozen, maar bestaat uit de raadsleden (bewuste naamkeuze om te vermijden dat ‘de mensen’ vinden dat er teveel parlementairen zijn) van de 13 Districten of stadsgewesten. Om ervoor te zorgen dat de nieuwe raadsleden hun werk kunnen doen moet elke regio ervoor zorgen dat deze raadsleden een kantoor hebben in het district-gebouw. Ze staan mede daardoor dichter bij de bevolking die ze vertegenwoordigen.
Indien we 1 raadslid kiezen per 10.000 burgers bekomen we 350 Vlaamse mandatarissen tegen vroeger 293 (nu zijn er 118 parlementairen en 175 provincieraadsleden).
Door deze werkwijze is er ‘de facto’ geen apart Vlaams Parlement meer, aangezien het alle raadsleden van de 13 districten zijn die de beslissingen nemen. Toch blijft er een mogelijkheid tot samenwerking en wel via Gewestelijke Parlementaire Commissies.
Gewestelijke Parlementaire Commissies
De raadsleden, verkozen voor de stadsgewesten, kunnen een gewestelijke Parlementaire Commissie organiseren. Dit wil zeggen dat de 13 Vlaamse stadsgewesten samenkomen om gemeenschappelijke problemen van hun netwerk van stadsgewesten aan te pakken.
Het stemmen van wetten gebeurt op stadsgewest-niveau, liefst electronisch en zeker geheim. De raadsleden hebben een bureau in het gebouw van hun stadsgewest (ook goed voor het milieu) en werken van daaruit behalve voor de Gewestelijke Parlementaire Commissies. Wetten moeten gemaakt worden door Parlementaire Commissies, goedgekeurd door het Parlement en niet door de Uitvoerende macht (regering).
En wat met de Vlaamse Regering?
Minder is meer wordt wel eens gezegd, maar is dat waar als het gaat om de Vlaamse regering. Zijn er echt ministers nodig? Welke beleidsdomeinen behoren nog tot het Vlaams niveau? Dit hangt uiteraard samen met eventuele aanpassingen aan bevoegdheden van het Federaal Parlement. Welke bevoegdheden zouden we beter zelf doen en welke zijn zo nationaal of zelfs Europees dat ze beter op het hoger niveau behandeld worden. Milieu en energie is daarvan een goed voorbeeld; dit moet federaal al zou het beter enkel op Europees niveau behandeld worden.
De Vlaamse minister-president wordt verkozen door alle Stadsgewest raadsleden. Hij bestuurt samen met de 13 Gouverneurs van de Districten het Vlaams Gewest. Iedere gouverneur krijgt een specifiek vakgebied toegewezen om te sturen. Dus geen ministers meer en geen onderhandelingen meer over het aantal ministers en hoeveel per partij. Ook geen coalitievorming meer. Wisselende coalities moeten goed parlementair werk mogelijk maken en niet bemoeilijken of zelfs onzinnig maken.
Een nieuwe aanpak voor Brussel
De N-VA is voorstander van het confederalisme om onze Belgische samenleving beter te maken, maar ze vergeten daarbij te zeggen wat ze met Brussel willen doen. In het confederalisme zorgt iedereen voor zijn eigen gewest. Gaat Vlaanderen zich dan nog moeien met Brussel? Of hebben zij het recht om zelf beslissingen te nemen als het over hun gewest gaat? Moeten we niet zoeken naar andere manieren van samenwerken?
“De Brusselse agglomeratie vormt de bron voor een flink stuk van onze nationale welvaart, en als Vlaanderen Brussel wil verkwanselen, dan zal dit een gigantische kostprijs hebben.”
Marc Hooghe, Hoogleraar KU Leuven in De Morgen
Omdat Brussel ook voor de Vlamingen een belangrijke metropool is, moeten de Vlamingen in een grootmoedige bui een voorstel doen aan de Brusselaars. Lees hierover verder mijn voorstel dat ik een tijd geleden schreef: