Wie is God?
Volgens de katholieke kerk is God de schepper van deze wereld. Hij heeft ervoor gezorgd dat onze aarde, de zon en de planten geschapen werden. Ook de dieren en tenslotte de mens heeft hij uit het niets gecreëerd.
Het scheppingsverhaal in Genesis vormt het begin van de Hebreeuwse Bijbel. Genesis begint met de woorden “In het begin schiep God de hemel en de aarde”, wat als een inleidende samenvatting kan worden gezien of als een beschrijving van gebeurtenissen die voorafgingen aan de scheppingsweek.
Hoe is die van de islam?
Allah schept door het Woord. Wanneer Allah zegt ‘Wees’, dan is het er (6:73). Het scheppen wordt in de Koran beschreven als het scheiden van een reeds bestaande oermassa. Allah schept niet uit het niets, zoals het christendom leert. Er is reeds een ‘woeste en vormloze’ aarde voordat God gaat scheppen.
De Koran zegt dat deze ongeordende oermassa aanvankelijk bestaat uit een gasvormige massa, een damp of ‘rook’.. In twee dagen scheidt Allah de hemelen en de aarde. De hemelen en aarde (waren) een samenhangende massa. Wij hebben ze toen van elkaar gescheiden… Wij hebben de hemel tot een beschermend dak gemaakt … en de dag en de nacht, de zon en de maan geschapen. (6:30-33)
Nadat de hemelen en de aarde van elkaar gescheiden zijn, gaat Allah de hemelen ordenen tot zeven hemelen. Hij bevolkt ze met engelen. Hij ‘maakte’ de engelen (35:1) en plaatste hen in de hemelen om God te loven en de mens te dienen. Allah schept de hemelen en de aarde in zes dagen.
Het scheppingsverhaal van de Joden
Het is hetzelfde verhaal als dat van de christenen, maar ze kleven er een echte datum op, het is 5762 jaar geleden. De jaartelling van het jodendom begint bij het scheppingsverhaal van de wereld. Ongeacht de lengte van de gehanteerde eenheden (besloeg een dag bij aanvang een week of een jaar of langer?), momenteel is het voor het jodendom het jaar 5762. Volgens diezelfde jaartelling is het nu zo’n 4.000 jaar geleden dat Abraham een stem hoorde die hem zei: “Verlaat je vader en je land en ga naar een land dat ik je aanwijzen zal”. Abraham verliet met zijn vrouw Sara en zijn familie de streek van Chaldea, nabij de Eufraat en ging zich met hen in Kanaän vestigen. In die streek, omringd door stammen die afgoden vereerden, verkondigde hij vastberaden dat er maar één G’d is (in de Hebreeuwse traditie kan de naam niet voluit uitgesproken of gevat worden, laat staan geschreven worden). Voor die tijd was dit een ware revolutie!
De Wetenschap
Tegenover dit creationisme (de wereld laten ontstaan op één moment) staan de anderen. De andere religies kennen niet echt een stichter. Ze weten ook niet precies wanneer de wereld gestart is of ontstaan. Wetenschappers en ook veel niet-gelovigen zijn ervan overtuigd dat de aarde is ontstaan door een oerknal of Big Bang, zowat 13,7 miljard jaar geleden. Zowat 2 miljard jaar geleden is onze aarde omgevormd tot een herbergzame planeet.
Om het ontstaan van de Aarde uit te leggen moeten we teruggaan naar het letterlijke begin der tijden, de Oerknal of Big Bang. Deze vond 13,7 miljard jaar geleden plaats en legde de basis voor ons heelal. Aangenomen wordt dat het heelal toen bestond uit enkele sterrenstelsels die erg dicht bij elkaar lagen.
De basis van de Oerknal zou de ontploffing van één kleine bol geweest zijn met een erg grote dichtheid. Dankzij de Oerknal ontstond er een heelal met ontelbare losvliegende deeltjes van oude sterren zoals puin, gas en stof. Deze deeltjes zullen miljarden jaren later aan de basis liggen van verschillende planeten.
Pas 8 miljard jaar na de Oerknal zou de planeet Aarde zich beginnen ontwikkelen, dat zou nu zo’n 5 miljard jaar geleden zijn. Gas, stof en puin die door het heelal slingerden liggen aan de basis van onze planeet. Het gas, stof en puin was afkomstig van sterren die gestopt waren met licht geven. Grote sterren die stoppen met leven exploderen waardoor verschillende grondstoffen het heelal invliegen. Over een zéér lange periode begon het gas, stof en puin zich samen te trekken en langzaam te draaien. Het lichtste element dat zich vormde settelde zich in het midden, de Zon. Daarna begonnen zich twee types planeten te ontwikkelen rondom de Zon; de planeten die uit steen bestaan en de planeten die uit gas bestaan. De stenen planeten (Mars, Venus, Aarde, en Mercurius) settelden zich het dichts bij de Zon. De gasbollen (Jupiter, Uranus en Neptunus) vormden zich daarachter. Pluto, de buitenste planeet, is een buitenbeentje. Deze bestaat uit steen en ijs en is hoogstwaarschijnlijk niet ontstaan in ons zonnestelsel. Toen de planeet Aarde eenmaal één vaste materie was duurde het nog erg lang voordat het een herbergzame planeet werd. In de eerste 3 miljard jaar was de Aarde nog een gloeiende bol die langzaamaan afkoelde. Pas 2 miljard jaar geleden heeft ons zonnestelsel zich rustig gevormd tot wat het nu is.
Na het lezen van een boek van Neal Donald Walsch, geloof ik echt in een andere benadering van God. De gesprekken met God zijn geformuleerd alsof God rechtstreeks met Walsch spreekt en pleit voor een moderne, persoonlijke en even rechtstreekse relatie met Hem/Haar. Zijn godsbeeld is erg verschillend van dat van het jodendom, het christendom of de islam. Het is God die onvoorwaardelijk liefheeft, geen gebiedende, straffende of wrekende God. Dat is volgens Walsch het beeld van de machthebbers, de beheersing-van-bovenaf-structuren, de georganiseerde religies die een moraal of een wet willen opleggen, en die willen dat de mensen aan hen gebonden blijven; voor hen werken, lijden, vechten, bommen leggen.
In het boek De God van morgen stelt Walsch dat religie en spiritualiteit steeds meer in elkaar opgaan. Het is daarentegen een God die niets verlangt van de mensen: het kernhoofdstuk in het boek Wat God wil bestaat veelbetekenend uit vijf lege pagina’s. “Zelfs Hitler gaat naar de hemel”, provoceert hij ergens anders. De menselijke vrije wil is écht vrij, niet zomaar de mogelijkheid om “vrijwillig” de geboden na te leven, op straffe van “eeuwige verdoemenis”.
Wat volgens Walsch God dan wel is, legt hij uit in de eerste boeken. God is “Alles”: De Schepper én het Geschapene; “Alles Wat Is”, én “Alles Wat Niet Is”. God is geen man of geen vrouw, of beide. Walsch’ visie toont sterke overeenkomsten met elementen uit de oude en nieuwe spiritualiteit en gnostiek, waarin het “Wij Zijn Allen Eén” wereldbeeld centraal staat. Hij formuleert ook liberale standpunten over ethische kwesties, een “authentieke” moraal zonder angst of schuld, zonder gezag af te staan aan enig instituut of autoriteit. Volgens hem creëer je zélf je eigen realiteit zodat je de oorzaak van alles wat je overkomt niet buiten jezelf kunt vinden. Hierin vertoont zijn werk veel overeenkomsten met dat van Deepak Chopra, Steve Rother, Louise Hay en Mike Dooley.
Volgens het scheppingsverhaal heeft God ons geschapen naar zijns gelijkenis. Dit kan je ook omkeren en zeggen dat God gelijk is iedere mens.