Ik heb dit artikel overgenomen van de website “scientias.nl”. Het betreft een artikel van Caroline Kraaijvanger gepost op 2 september 2010. Het is alvast het bestuderen waard.
Vergeet de windmolens, zonne-energie en vooral de rijke oliesjeiks. Een beetje regeringsleider richt zich op thorium: een overvloedig en goedkoop metaal dat een schoon en veilig alternatief voor uranium vormt. Carlo Rubbia blies het idee nieuwe leven in en als we NU beginnen hebben we over drie tot vijf jaar geen olie meer nodig. Dat meldt The Telegraph.
Volgens Rubbia is een ton thorium in staat om net zoveel energie te produceren als 200 ton uranium of 3.500.000 ton kool nu doet. Daarnaast is het metaal ook nog eens superschoon: het eet haar eigen afval als het ware op en kan zelfs het plutonium dat kernreactoren nu achterlaten reinigen. “Dit is het,” concludeert expert Kirk Sorensen.
Gratis
“Zodra je het van dichtbij gaat bekijken dan wordt je sprakeloos. Je kunt hele beschavingen honderdduizenden jaren met behulp van thorium draaiende houden en het is praktisch gratis.”
Wat?
Thorium is een metaal en heeft zijn naam te danken aan de Noorse god van de donder: Thor (zie foto). Het spul komt zo vaak voor dat veel mijnwerkers het veelal als afval zien. Zeker als ze op zoek zijn naar duurdere en zeldzamere metalen. Met name de Verenigde Staten en Australië barsten van het thorium. En zelfs voor landen die een stuk minder tot hun beschikking hebben, is er hoop. Er is namelijk maar weinig nodig. Een handvol thorium is genoeg om een stad als Londen een week lang te verlichten.
Bom
Al aan het eind van de jaren ’40 hadden Amerikaanse fysici door wat thorium voor de wetenschap kon betekenen. Ze waren geneigd om het spul in de kernreactoren te gebruiken. Het brengt namelijk meer op en de verwerking ervan is goedkoper. Het kwam er nooit van. De Verenigde Staten hadden het plutonium (een afvalproduct van de met uranium gevulde kernreactoren) nodig om bommen te maken. “Zij gingen echt voor de wapens,” weet professor Egil Lillestol. “Het is bijna onmogelijk om nucleaire wapens uit thorium te maken. Het was de moeite van het proberen niet eens waard.”
Maar nu zijn we wijzer en verder. Tenminste. Dat zou u denken. In 1999-2000 trokken onderzoekers de stoute schoenen aan en vroegen de Europese Commissie om geld om thoriumreactoren te ontwikkelen en te bestuderen. Ze konden direct weer naar huis. Brussel ging namelijk te rade bij een aantal Franse experts die toevallig de hele Europese nucleaire industrie beheersten. Zij zaten niet op nieuwe technologieën te wachten; ze hadden hun nu alweer verouderde apparatuur bij wijze van spreken nog amper afbetaald. En dus ging er een negatief advies de deur uit.
Tijd dringt
Maar nu proberen wetenschappers het opnieuw. “We hebben geen tijd te verliezen, want de fossiele brandstoffen raken op,” concludeert Lillestol. Wie denkt dat we het met onze duurzame energiebronnen wel gaan redden, heeft het mis. “Hernieuwbare bronnen kunnen de fossiele brandstoffen niet vervangen.”
Twijfel
De Noren lijken ook te begrijpen dat haast geboden is. Ze kochten het patent op de thorium-technologie op en ontwerpen op dit moment de eerste apparaten. Maar of dat dan voor een revolutie gaat zorgen, is twijfelachtig. Er zijn nogal wat landen die net geïnvesteerd hebben in ‘gewone’ reactoren en die kunnen nog zeker tientallen jaren mee. Bovendien moet er eerst ook nog wat onderzoek gedaan worden.
Is dit het dan? Gaat dit al onze energieproblemen oplossen? Als het aan diverse enthousiaste media ligt wel. Wij zijn wat voorzichtiger. De laatste keer dat een goed idee het opnam tegen invloedrijke oliesjeiks en won..tja..dat kunnen we ons niet herinneren. Dus: eerst zien, dan geloven.